109.Harderwijk

Statistieken herfst 2016

Bierbaken in de polder

Door polderdebutant Wildeman

Haast dertig kilometer in de benen. Bier, kibbeling, bier, chinees, bier
en koffie in de buik, een hinkstapsprong langs Harderwijkse horeca en pop-up polder surprises. Een netwerk van relaties met behulpzame vrienden verwarmt
de expeditieleden. Het ultieme bierbaken blinkt rood knipperend in de verte.
De navel van het universum, waar we morgenvroeg de herfst-equinox beleven, waar de laatste nazomerse Weizen onherroepelijk een vroege Herfstbok wordt.
Robert Morris brengt ons met zijn observatorium 'in contact met kosmische en planetaire systemen' (het staat op het bord). Laat het maar aan de polderlopers over om in de stikdonkere nacht juist dat ene knipperbaken eruit te pikken. De polder staat er vol mee, bij nacht.  Ze zien eruit als een vorm van augmented reality, als Pokemon Gym's, maar van dichtbij hoor je ze grommen & snorren. Het staal en de zwiepende wieken zie je overdag.
Waarschuwingslichten bij nacht. Een derde dimensie toegevoegd aan het platte poldervlak. Cassiopeia zie ik boven mij, en de Grote Beer. Heldere nacht, veel meer sterren dan in de stad, maar nog geen zicht op de melkweg.
Lelystad is te dichtbij.
Dan de tunnel en het licht, we zijn er. Drieendertig kilometer gedaan. Een kring van koepeltjes bloeit op in de binnenste ring. Een vuurtje, de kratjes, het bier..
Sterke verhalen, vroegere avonturen. Navelstaren in het universum. Tot het hout op is, het vuur dooft, de slaap overmant. Rust in het observatorium, de
polderlopers in hun tentjes.

7.24 uur In het Westen verschijnt de koffieman, in het Oosten de zon. Wat een timing, astronomisch. Al door Mesopotamiers en Phoeniciers bepaald en voorspeld.
Hij is er, ze zijn er allebei. Een top-ervaring aan twee kanten tegelijk.
Het kosmische en de inwendige mens. Groot en klein, ver en nabij. Een wonder..